Om een podium te bieden aan de vele boeken die in ons netwerk tot stand komen, werd Sioo’s boekenplank in het leven geroepen, een blogrubriek over boeken uit ons rijke netwerk van docenten en experts. In deze editie vertelt Marijke Spanjersberg over haar boek Tussentaal, dat op dit moment bij de drukker ligt.
Als organisatieadviseur krijgt Marijke Spanjersberg voortdurend te maken met samenwerkingsvraagstukken. Vaak ligt daarbij de nadruk op het individu. Men poogt de bestaande problemen aan te pakken door individuen aan te spreken en verantwoordelijk te houden: bestuurder X heeft geen visie, de teamleider kan het niet… “Onze maatschappij is erg individualistisch,” stelt Marijke vast. “Daardoor gaan wij bij conflicten in bedrijven er ook vaak van uit dat een probleem bij het individu ligt. Ons hele taalgebruik is daar eigenlijk op gestoeld. Met mijn boek Tussentaal probeer ik inzichtelijk te maken hoe we in organisaties beter onder woorden kunnen brengen wat er allemaal samenhangt met een conflict, los van het individu.”
Pleidooi
Deze andere manier van kijken naar issues in een organisatie vormt ook al jarenlang een rode draad in de opleidingen bij Sioo, waar Marijke tot voor kort docente was in verschillende programma’s. “In de Sioo-leergangen leren we mensen uitzoomen en op systeemniveau kijken naar een vraagstuk, los van het individu,” legt Marijke uit. “Mijn inspiratie voor dit boek ontstond toen ik merkte dat de deelnemers het vaak moeilijk vonden om die andere kijk in de praktijk om te zetten in woorden. We zijn binnen organisaties heel gewend aan het kijken naar individuen die het verschil moeten maken en daar hebben we veel taal voor. We praten met groot gemak over ambities, talenten, tekortkomingen. Ik noem dat ‘binnen-taal’, taal die kijkt naar onze binnenkant. Als we willen benoemen wat zich tussen mensen afspeelt, blijkt dat we een veel minder rijk taalregister hebben. Voor het ontwikkelen en gebruiken van die ‘tussen-taal’ wil mijn boek een pleidooi zijn.”
“We zijn binnen organisaties heel gewend aan het kijken naar individuen die het verschil moeten maken en daar hebben we veel taal voor. We praten met groot gemak over ambities, talenten, tekortkomingen.”
Tussentaal begint met een eenvoudig voorbeeld om te illustreren hoe ons taalgebruik geconditioneerd is op een individualistische aanpak. Tijdens een opdracht bij een organisatie vroeg Marijke aan twee mensen om zichzelf voor te stellen. Elk van hen had het over wie ze zijn, waar ze vandaan komen, wat ze willen bereiken, wat ze belangrijk vinden. Toen Marijke vroeg aan dit tweetal om hun relatie aan haar voor te stellen, werd het stil. “Terwijl het juist belangrijk is om die relatie te kunnen benoemen,” vindt Marijke, die al haar hele professionele leven geboeid is door dit thema. “Kijken met een systeembril is wat ik al jaren doe. Hierdoor loop ik vaker tegen het gebrek aan woordenschat aan. Samen met de ervaringen bij Sioo en als organisatieadviseur vormde dat een rijke inspiratiebron voor dit boek, dat ook een uitgebreide literatuurlijst bevat. Hoewel Tussentaal een logisch vervolg is op wat ik eerder heb geschreven, is dit toch een heel ander boek geworden. Naar mijn gevoel is Tussentaal een heel persoonlijk boek geworden, ik schrijf waar ik van wakker lig’, lacht Marijke.
Negen tussentaal-vormen
Om het voor de lezer zo leerrijk en boeiend mogelijk te maken, werd Tussentaal een boek in drie delen: Een eerste deel is een kritische reflectie op het dominante discours van het ‘in-mensen-kijken-paradigma’. Het tweede deel is meer praktijk-geïnspireerd. Hierin beschrijft Marijke negen verschillende vormen van tussentaal. Een bekende vorm is bijvoorbeeld patroontaal, waarmee niet wordt gekeken naar individueel gedrag, maar naar patronen tussen mensen. Zo kan bijvoorbeeld een patroon ontstaan waarbij een individu heel veel praat en uitlegt, en een ander individu vaker zwijgt. Hoe meer X praat, hoe meer Y zwijgt; en hoe meer Y zwijgt, hoe vaker X nog meer gaat praten. Vervolgens verwijten ze elkaar: ‘Jij praat zo veel. Ja, maar jij zegt nooit wat.’ Marijke: “Door patroontaal te gebruiken, vermijden we verwijten heen en weer en slagen we erin ongelukkige patronen te doorbreken, waardoor de relatie tussen beide individuen beter wordt.”
“Kijken met een systeembril is wat ik al jaren doe. Hierdoor loop ik vaker tegen het gebrek aan woordenschat aan. Samen met de ervaringen bij Sioo en als organisatieadviseur vormde dat een rijke inspiratiebron voor dit boek.”
Ook spelregeltaal is een voorbeeld van kijken naar het collectief in plaats van het individu. “Als in een organisatie iemand geregeld afwezig is, wekt dat wrevel, de persoon wordt gezien als ongeïnteresseerd, enzovoort. In plaats van te zeggen ‘X is vaak afwezig’, kun je zeggen ‘X is vaker afwezig dan de anderen prettig vinden’. Dat creëert ruimte om met elkaar spelregels te maken over aanwezigheid, spelregels die voor iedereen eerlijk voelen en die de groep bij elkaar houden.
Ontschuldigen
Het derde deel van Tussentaal is een open brief aan de lezer. Hierin roept Marijke de lezer op om zelf op zoek te gaan naar mogelijkheden om tussentaal te gaan gebruiken. “Ik heb geprobeerd om doorheen het boek veel praktische voorbeelden te geven, waardoor het ook een doe-boek is geworden,” legt Marijke uit. “We zijn zo getraind in het gebruiken van internaliserende en psychologiserende taal dat het ons veel moeite kost om een ander taalregister te gebruiken. Mijn boek wil mensen daarbij helpen, ongeacht hun functie in de organisatie. Iedereen kan de bril van relatie en context opzetten. Ik hoop dat mijn boek helpt om een soort awareness te ontwikkelen, en ook dat het ons leert om te ‘ontschuldigen’. Ik merk vaak dat men nog te veel denkt in termen van probleem en oorzaak, en oorzaak is al snel schuld, en dat zit aan mensen vast. Die schuldvraag is echter zelden productief. Als je gaat ontschuldigen en meer naar het vraagstuk kijkt, moet je naar interacties kijken, en dat heeft een bevrijdend effect op de individuen in de organisatie.”
“Als je gaat ontschuldigen en meer naar het vraagstuk kijkt, moet je naar interacties kijken, en dat heeft een bevrijdend effect op de individuen in de organisatie.”
Dit bevrijdende effect is zeker noodzakelijk in hedendaagse organisaties. “Ik hoor in organisaties soms roepen: we willen betere mensen’, maar er zijn geen betere mensen, we moeten het doen met de mensen die er zijn,” aldus Marijke. “Bij conflicten is mijn pleidooi altijd: laten we beginnen met een systeembril opzetten en kijken naar de context en de interactie, individuen benoemen kan altijd nog. Dat is een proces waaraan iedereen moet deelnemen en we zullen dus samen moeten werken aan het leren van die tussentaal. Dat vraagt inspanning, er is nog een soort van onwennigheid, maar dit boek is een warme oproep om te kiezen voor een focus op relaties en niet op individuen.”
Marijke Spanjersberg heeft een cruciale rol gespeeld in het bijbrengen van deze begrippen onder deelnemers van o.a. Succesvol Verandering Organiseren en Executive Change Management. Omgekeerd hebben de deelnemers haar werk verrijkt met hun worstelingen en inzichten uit de praktijk. Wij kijken uit naar het eindresultaat. ‘Tussentaal’ is eind oktober 2022 verschenen.
Om een podium te bieden aan de vele boeken die in ons netwerk tot stand komen, werd Sioo’s boekenplank in het leven geroepen, een blogrubriek over boeken uit ons rijke netwerk van docenten en experts. In deze editie vertelt Marijke Spanjersberg over haar boek Tussentaal, dat op dit moment bij de drukker ligt.
Als organisatieadviseur krijgt Marijke Spanjersberg voortdurend te maken met samenwerkingsvraagstukken. Vaak ligt daarbij de nadruk op het individu. Men poogt de bestaande problemen aan te pakken door individuen aan te spreken en verantwoordelijk te houden: bestuurder X heeft geen visie, de teamleider kan het niet… “Onze maatschappij is erg individualistisch,” stelt Marijke vast. “Daardoor gaan wij bij conflicten in bedrijven er ook vaak van uit dat een probleem bij het individu ligt. Ons hele taalgebruik is daar eigenlijk op gestoeld. Met mijn boek Tussentaal probeer ik inzichtelijk te maken hoe we in organisaties beter onder woorden kunnen brengen wat er allemaal samenhangt met een conflict, los van het individu.”
Pleidooi
Deze andere manier van kijken naar issues in een organisatie vormt ook al jarenlang een rode draad in de opleidingen bij Sioo, waar Marijke tot voor kort docente was in verschillende programma’s. “In de Sioo-leergangen leren we mensen uitzoomen en op systeemniveau kijken naar een vraagstuk, los van het individu,” legt Marijke uit. “Mijn inspiratie voor dit boek ontstond toen ik merkte dat de deelnemers het vaak moeilijk vonden om die andere kijk in de praktijk om te zetten in woorden. We zijn binnen organisaties heel gewend aan het kijken naar individuen die het verschil moeten maken en daar hebben we veel taal voor. We praten met groot gemak over ambities, talenten, tekortkomingen. Ik noem dat ‘binnen-taal’, taal die kijkt naar onze binnenkant. Als we willen benoemen wat zich tussen mensen afspeelt, blijkt dat we een veel minder rijk taalregister hebben. Voor het ontwikkelen en gebruiken van die ‘tussen-taal’ wil mijn boek een pleidooi zijn.”
“We zijn binnen organisaties heel gewend aan het kijken naar individuen die het verschil moeten maken en daar hebben we veel taal voor. We praten met groot gemak over ambities, talenten, tekortkomingen.”
Tussentaal begint met een eenvoudig voorbeeld om te illustreren hoe ons taalgebruik geconditioneerd is op een individualistische aanpak. Tijdens een opdracht bij een organisatie vroeg Marijke aan twee mensen om zichzelf voor te stellen. Elk van hen had het over wie ze zijn, waar ze vandaan komen, wat ze willen bereiken, wat ze belangrijk vinden. Toen Marijke vroeg aan dit tweetal om hun relatie aan haar voor te stellen, werd het stil. “Terwijl het juist belangrijk is om die relatie te kunnen benoemen,” vindt Marijke, die al haar hele professionele leven geboeid is door dit thema. “Kijken met een systeembril is wat ik al jaren doe. Hierdoor loop ik vaker tegen het gebrek aan woordenschat aan. Samen met de ervaringen bij Sioo en als organisatieadviseur vormde dat een rijke inspiratiebron voor dit boek, dat ook een uitgebreide literatuurlijst bevat. Hoewel Tussentaal een logisch vervolg is op wat ik eerder heb geschreven, is dit toch een heel ander boek geworden. Naar mijn gevoel is Tussentaal een heel persoonlijk boek geworden, ik schrijf waar ik van wakker lig’, lacht Marijke.
Negen tussentaal-vormen
Om het voor de lezer zo leerrijk en boeiend mogelijk te maken, werd Tussentaal een boek in drie delen: Een eerste deel is een kritische reflectie op het dominante discours van het ‘in-mensen-kijken-paradigma’. Het tweede deel is meer praktijk-geïnspireerd. Hierin beschrijft Marijke negen verschillende vormen van tussentaal. Een bekende vorm is bijvoorbeeld patroontaal, waarmee niet wordt gekeken naar individueel gedrag, maar naar patronen tussen mensen. Zo kan bijvoorbeeld een patroon ontstaan waarbij een individu heel veel praat en uitlegt, en een ander individu vaker zwijgt. Hoe meer X praat, hoe meer Y zwijgt; en hoe meer Y zwijgt, hoe vaker X nog meer gaat praten. Vervolgens verwijten ze elkaar: ‘Jij praat zo veel. Ja, maar jij zegt nooit wat.’ Marijke: “Door patroontaal te gebruiken, vermijden we verwijten heen en weer en slagen we erin ongelukkige patronen te doorbreken, waardoor de relatie tussen beide individuen beter wordt.”
“Kijken met een systeembril is wat ik al jaren doe. Hierdoor loop ik vaker tegen het gebrek aan woordenschat aan. Samen met de ervaringen bij Sioo en als organisatieadviseur vormde dat een rijke inspiratiebron voor dit boek.”
Ook spelregeltaal is een voorbeeld van kijken naar het collectief in plaats van het individu. “Als in een organisatie iemand geregeld afwezig is, wekt dat wrevel, de persoon wordt gezien als ongeïnteresseerd, enzovoort. In plaats van te zeggen ‘X is vaak afwezig’, kun je zeggen ‘X is vaker afwezig dan de anderen prettig vinden’. Dat creëert ruimte om met elkaar spelregels te maken over aanwezigheid, spelregels die voor iedereen eerlijk voelen en die de groep bij elkaar houden.
Ontschuldigen
Het derde deel van Tussentaal is een open brief aan de lezer. Hierin roept Marijke de lezer op om zelf op zoek te gaan naar mogelijkheden om tussentaal te gaan gebruiken. “Ik heb geprobeerd om doorheen het boek veel praktische voorbeelden te geven, waardoor het ook een doe-boek is geworden,” legt Marijke uit. “We zijn zo getraind in het gebruiken van internaliserende en psychologiserende taal dat het ons veel moeite kost om een ander taalregister te gebruiken. Mijn boek wil mensen daarbij helpen, ongeacht hun functie in de organisatie. Iedereen kan de bril van relatie en context opzetten. Ik hoop dat mijn boek helpt om een soort awareness te ontwikkelen, en ook dat het ons leert om te ‘ontschuldigen’. Ik merk vaak dat men nog te veel denkt in termen van probleem en oorzaak, en oorzaak is al snel schuld, en dat zit aan mensen vast. Die schuldvraag is echter zelden productief. Als je gaat ontschuldigen en meer naar het vraagstuk kijkt, moet je naar interacties kijken, en dat heeft een bevrijdend effect op de individuen in de organisatie.”
“Als je gaat ontschuldigen en meer naar het vraagstuk kijkt, moet je naar interacties kijken, en dat heeft een bevrijdend effect op de individuen in de organisatie.”
Dit bevrijdende effect is zeker noodzakelijk in hedendaagse organisaties. “Ik hoor in organisaties soms roepen: we willen betere mensen’, maar er zijn geen betere mensen, we moeten het doen met de mensen die er zijn,” aldus Marijke. “Bij conflicten is mijn pleidooi altijd: laten we beginnen met een systeembril opzetten en kijken naar de context en de interactie, individuen benoemen kan altijd nog. Dat is een proces waaraan iedereen moet deelnemen en we zullen dus samen moeten werken aan het leren van die tussentaal. Dat vraagt inspanning, er is nog een soort van onwennigheid, maar dit boek is een warme oproep om te kiezen voor een focus op relaties en niet op individuen.”
Marijke Spanjersberg heeft een cruciale rol gespeeld in het bijbrengen van deze begrippen onder deelnemers van o.a. Succesvol Verandering Organiseren en Executive Change Management. Omgekeerd hebben de deelnemers haar werk verrijkt met hun worstelingen en inzichten uit de praktijk. Wij kijken uit naar het eindresultaat. ‘Tussentaal’ is eind oktober 2022 verschenen.