Please ensure Javascript is enabled for purposes of website accessibility

Blijf op de hoogte

Overzicht

Is dit wel echt het vraagstuk?

Blogpost 25 Mar 2024

Met de grote maatschappelijke problemen in de zorg waar we voor staan, is de zorgtransitie noodzakelijk. Transities vind je in heel veel (werk)gebieden. Binnen het brede thema transitie zijn veel raakvlakken tussen bijvoorbeeld de zorg en duurzaamheid of energie. Joost Boerenkamp en Waldemar Hogerwaard beschrijven een herkenbaar voorbeeld…

Laaddelinquent

“Op weg naar huis, met de elektrische auto van mijn collega nog in gedachten, stel ik me het volgende tafereel voor: Het is een warme zomerdag. Ik stop bij een tankstation voor een kop koffie en aanschouw een handgemeen tussen een laadpaalklever en een verhitte vader van vier. De kinderen met mobieltjes en Ipads zeuren of ze alweer kunnen laden in de auto, terwijl de laaddelinquent schreeuwend zijn gehaktstaaf op de grond laat vallen en door zijn vermoeid ogende vrouw (“Daar gaan we weer”, hoor je haar denken) gesust wordt om vooral geen domme dingen te doen. De stomende koffie in mijn beker voelt koeltjes aan in vergelijking met de spanning rondom de laadpaal. De filosoof in mij vraagt zich af: is dit nu vooruitgang?”

Ontleding vanuit transitiekundig perspectief

Hoe kunnen we dit schouwspel vanuit transitiekundig perspectief ontleden? De verbrandingsmotor heeft de luchtkwaliteit in de afgelopen 150 jaar geen goed gedaan. We stoten veel giftige stoffen uit met onze reisdrift waarmee we een flinke klimaatimpact hebben en de gezondheid van velen schaden. Een prachtige voedingsbodem voor elektrificatiepropaganda. Allerlei belastingmaatregelen zijn ingevoerd om dat aan te zwengelen. Met succes, deze hebben ervoor gezorgd dat er een toename is van het elektrische wagenpark! Deze, ogenschijnlijk simpele, oplossing om ons wagenpark te elektrificeren om de CO2-uitstoot te verminderen, heeft echter een reeks van vervelende neveneffecten. De uitbuiting van medewerkers in buitenlandse mijnen, de vervuiling van de zeeën vanwege een toegenomen vraag naar grondstoffen en een nieuw vraagstuk: wat te doen met al die lege batterijen … Is dit nu vooruitgang?

De eerste, tweede en derde orde

De snelle stap van probleem naar oplossing en een, direct daaraan gekoppelde, strategie, zorgen voor nieuwe knelpunten in gebieden die niets met het originele probleem te maken hebben. Maar waarvan we de nadelige gevolgen wél merken. Deze beperkte kijk op vraagstukken en oplossingen noemen we de eerste orde. Als we het perspectief verbreden en verder kijken dan die eerste route van oorzaak – gevolg – oplossing, dan bewegen we naar tweede orde, de derde orde en verder. Stroomopwaarts bewegen we naar de voedingsbodem van het probleem, wat bijna altijd vele malen complexer is dan de gekozen definitie.

Nadelige gevolgen van een oplossing die ergens anders “landt” dan waar het probleem origineel bestond, noemen we “externaliteiten”. Er zit een duidelijk verband tussen de twee. Hoe meer we de eerste orde focus op vraagstukken hebben, hoe groter de kans op externaliteiten. We moeten complexe vragen niet oplossen met simpele antwoorden, maar met het omarmen van de complexiteit.

Het vraagstuk wordt ‘versimpeld’

Het risico op eerste orde en externaliteiten, is ook aanwezig tijdens het beïnvloeden van transities in de zorg. Zoals bijvoorbeeld het zoeken naar een digitale oplossing voor het probleem van arbeidsmarkttekorten in de verpleegzorg. Het vraagstuk wordt “versimpeld” tot een vraag/aanbod probleem. De oplossing is digitaal gevonden. Mooi, kunnen we door naar het volgende probleem. De nieuwsgierigheid naar de bredere voedingsbodem voor het arbeidstekort (plezier, status, professionele vrijheid, cultuur, geschiedenis, beeld op zorg en gezondheid etc.) valt weg. De diepere connectie met het vraagstuk wordt hierdoor gemist. Terwijl juist daar, in die diepere “voedingsbodem”, verklaringen liggen voor meerdere probleemgebieden in de zorg.

Als begeleider moet je helpen met “compliceren”

Als begeleider van dergelijke transitietrajecten, is het de kunst om daar je rol te pakken en de betrokkenen te helpen met “compliceren”.  Hoe maak je “ruimte” om samen met betrokkenen het eerste orde vraagstuk uit te vouwen. Welke verbanden zijn er met aangrenzende mensen, afdelingen, organisaties, domeinen, regio’s of landen? Waar trekken we de grens van “uitpakken” omdat onze invloed steeds beperkter wordt? Hoe kunnen we die grens toch verder oprekken door samen te werken met mensen die wel invloed hebben? Hoe is dan de vertaling van eerste naar tweede en derde orde vraagstuk? En welke keuzes voor interventiestrategie maken we dan? En welke externaliteiten verwachten we? En hoe kunnen we de gevolgen daarvan adresseren?

Allemaal vragen die idealiter worden doorgrond in een gezamenlijk proces. En daar moet je dan ruimte voor maken in tijden van drukte en urgentie. Ga er maar aan staan…

Geen “quick fix”, maar wat kun je dan wel doen?

Ook wij daar hebben daar niet meteen een oplossing voor. Dat zou de complexiteit volledig tekortdoen en zou ook een eerste orde een “quick fix” zijn. Maar helaas…. die is er gewoon niet. Wat kun je dan wel doen? In het Sioo-programma Succesvol Transitie beïnvloeden naar een gezonder Nederland, gaan we, samen met experts en medecursisten, met jou in die complexiteit staan en samen zoeken naar de eerste stappen. En helpen je zo op weg!

Meer informatie?

Check Succesvol Transitie beïnvloeden naar een gezonder Nederland


Over de auteurs

Joost Boerenkamp en Waldemar Hogerwaard zijn beiden o.a. programmamanager en docent in dit opleidingsprogramma

Met de grote maatschappelijke problemen in de zorg waar we voor staan, is de zorgtransitie noodzakelijk. Transities vind je in heel veel (werk)gebieden. Binnen het brede thema transitie zijn veel raakvlakken tussen bijvoorbeeld de zorg en duurzaamheid of energie. Joost Boerenkamp en Waldemar Hogerwaard beschrijven een herkenbaar voorbeeld…

Laaddelinquent

“Op weg naar huis, met de elektrische auto van mijn collega nog in gedachten, stel ik me het volgende tafereel voor: Het is een warme zomerdag. Ik stop bij een tankstation voor een kop koffie en aanschouw een handgemeen tussen een laadpaalklever en een verhitte vader van vier. De kinderen met mobieltjes en Ipads zeuren of ze alweer kunnen laden in de auto, terwijl de laaddelinquent schreeuwend zijn gehaktstaaf op de grond laat vallen en door zijn vermoeid ogende vrouw (“Daar gaan we weer”, hoor je haar denken) gesust wordt om vooral geen domme dingen te doen. De stomende koffie in mijn beker voelt koeltjes aan in vergelijking met de spanning rondom de laadpaal. De filosoof in mij vraagt zich af: is dit nu vooruitgang?”

Ontleding vanuit transitiekundig perspectief

Hoe kunnen we dit schouwspel vanuit transitiekundig perspectief ontleden? De verbrandingsmotor heeft de luchtkwaliteit in de afgelopen 150 jaar geen goed gedaan. We stoten veel giftige stoffen uit met onze reisdrift waarmee we een flinke klimaatimpact hebben en de gezondheid van velen schaden. Een prachtige voedingsbodem voor elektrificatiepropaganda. Allerlei belastingmaatregelen zijn ingevoerd om dat aan te zwengelen. Met succes, deze hebben ervoor gezorgd dat er een toename is van het elektrische wagenpark! Deze, ogenschijnlijk simpele, oplossing om ons wagenpark te elektrificeren om de CO2-uitstoot te verminderen, heeft echter een reeks van vervelende neveneffecten. De uitbuiting van medewerkers in buitenlandse mijnen, de vervuiling van de zeeën vanwege een toegenomen vraag naar grondstoffen en een nieuw vraagstuk: wat te doen met al die lege batterijen … Is dit nu vooruitgang?

De eerste, tweede en derde orde

De snelle stap van probleem naar oplossing en een, direct daaraan gekoppelde, strategie, zorgen voor nieuwe knelpunten in gebieden die niets met het originele probleem te maken hebben. Maar waarvan we de nadelige gevolgen wél merken. Deze beperkte kijk op vraagstukken en oplossingen noemen we de eerste orde. Als we het perspectief verbreden en verder kijken dan die eerste route van oorzaak – gevolg – oplossing, dan bewegen we naar tweede orde, de derde orde en verder. Stroomopwaarts bewegen we naar de voedingsbodem van het probleem, wat bijna altijd vele malen complexer is dan de gekozen definitie.

Nadelige gevolgen van een oplossing die ergens anders “landt” dan waar het probleem origineel bestond, noemen we “externaliteiten”. Er zit een duidelijk verband tussen de twee. Hoe meer we de eerste orde focus op vraagstukken hebben, hoe groter de kans op externaliteiten. We moeten complexe vragen niet oplossen met simpele antwoorden, maar met het omarmen van de complexiteit.

Het vraagstuk wordt ‘versimpeld’

Het risico op eerste orde en externaliteiten, is ook aanwezig tijdens het beïnvloeden van transities in de zorg. Zoals bijvoorbeeld het zoeken naar een digitale oplossing voor het probleem van arbeidsmarkttekorten in de verpleegzorg. Het vraagstuk wordt “versimpeld” tot een vraag/aanbod probleem. De oplossing is digitaal gevonden. Mooi, kunnen we door naar het volgende probleem. De nieuwsgierigheid naar de bredere voedingsbodem voor het arbeidstekort (plezier, status, professionele vrijheid, cultuur, geschiedenis, beeld op zorg en gezondheid etc.) valt weg. De diepere connectie met het vraagstuk wordt hierdoor gemist. Terwijl juist daar, in die diepere “voedingsbodem”, verklaringen liggen voor meerdere probleemgebieden in de zorg.

Als begeleider moet je helpen met “compliceren”

Als begeleider van dergelijke transitietrajecten, is het de kunst om daar je rol te pakken en de betrokkenen te helpen met “compliceren”.  Hoe maak je “ruimte” om samen met betrokkenen het eerste orde vraagstuk uit te vouwen. Welke verbanden zijn er met aangrenzende mensen, afdelingen, organisaties, domeinen, regio’s of landen? Waar trekken we de grens van “uitpakken” omdat onze invloed steeds beperkter wordt? Hoe kunnen we die grens toch verder oprekken door samen te werken met mensen die wel invloed hebben? Hoe is dan de vertaling van eerste naar tweede en derde orde vraagstuk? En welke keuzes voor interventiestrategie maken we dan? En welke externaliteiten verwachten we? En hoe kunnen we de gevolgen daarvan adresseren?

Allemaal vragen die idealiter worden doorgrond in een gezamenlijk proces. En daar moet je dan ruimte voor maken in tijden van drukte en urgentie. Ga er maar aan staan…

Geen “quick fix”, maar wat kun je dan wel doen?

Ook wij daar hebben daar niet meteen een oplossing voor. Dat zou de complexiteit volledig tekortdoen en zou ook een eerste orde een “quick fix” zijn. Maar helaas…. die is er gewoon niet. Wat kun je dan wel doen? In het Sioo-programma Succesvol Transitie beïnvloeden naar een gezonder Nederland, gaan we, samen met experts en medecursisten, met jou in die complexiteit staan en samen zoeken naar de eerste stappen. En helpen je zo op weg!

Meer informatie?

Check Succesvol Transitie beïnvloeden naar een gezonder Nederland


Over de auteurs

Joost Boerenkamp en Waldemar Hogerwaard zijn beiden o.a. programmamanager en docent in dit opleidingsprogramma